Luchtvervuiling, lawaai en congestie zijn slechts enkele van de vele milieuschade die voor de vervoerssector worden genoemd. En ze kunnen zich in elk stadium voordoen, van productie tot ontmanteling.
Schade aan het fysieke milieu
De gevolgen op lokaal, regionaal en mondiaal niveau zijn talrijk en bestrijken een zeer breed scala aan risico’s, waarvan vele verband houden met de productie, de verwerking en het gebruik van energiebronnen en de daarmee samenhangende luchtemissies. Op regionaal of mondiaal niveau trekken bijvoorbeeld de verzuring van de bodem en de planten (zure regen), de aantasting van de ozonlaag of problemen in verband met de opwarming van de aarde (broeikaseffect) nu de aandacht van de overheid en de wetenschappers en staan ze centraal in het debat over het milieu.
Luchtverontreiniging en de gevolgen daarvan
In oktober 2013 heeft de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) buitenluchtvervuiling en deeltjes in de buitenlucht geclassificeerd als kankerverwekkend voor de mens. Luchtvervuiling, en met name zwevende deeltjes, vormen een belangrijk gezondheidsprobleem. In Frankrijk wordt de blootstelling aan fijne stofdeeltjes PM 2,5 geschat om de levensverwachting met 8,2 maanden te verminderen. Volgens de WHO is PM10-vervuiling verantwoordelijk voor gemiddeld 6% van de vroegtijdige sterfgevallen in Frankrijk, waarvan de helft wordt toegeschreven aan de uitstoot van het wegverkeer. De meest recente wetenschappelijke gegevens versterken het verband tussen luchtverontreiniging in de open lucht en aandoeningen van de luchtwegen en hart en bloedvaten en vestigen de aandacht op de gevolgen voor de voortplanting, de foetale of de neurologische ontwikkeling.
Stikstofdioxide (NO2) en ozon (O3) zijn ook giftig voor de mens en hebben schadelijke gevolgen voor de ecosystemen. De gezondheidskosten (voortijdige sterfte, chronische bronchitis, enz.) van de vervuiling bedragen in Frankrijk tussen de 20 en 30 miljard euro (miljard euro) per jaar.
Europa heeft toelaatbare grenswaarden voor de lucht vastgesteld voor PM 10 en PM 2,5 en voor NO2. Op 1 januari 2014 heeft de Europese Commissie Frankrijk aangeklaagd voor het niet naleven van de PM10-grenswaarden en voor het niet uitvoeren van een actieplan in 11 gebieden. Het kon doorgaan met het niet naleven van de NO2-concentratiegrenswaarden in 24 gebieden. Ook heeft Frankrijk zich sinds 2010 niet gehouden aan het plafond voor stikstofdioxide (NOx), dat is vastgesteld in de Europese richtlijn inzake nationale emissieplafonds (NEC) voor vervuilende stoffen.
Het lawaai
Vervoer is ook een belangrijke bron van geluidsoverlast. In Frankrijk worden naar schatting 10 miljoen mensen blootgesteld aan geluidsniveaus van meer dan 65 dBA op de gevel, waarvan 3 miljoen op niveaus boven de 70. Lawaai is vooral te wijten aan het wegverkeer en in mindere mate aan het spoorwegverkeer. Het geluidsniveau dat overeenkomt met een comfortgeluidsniveau (dit is in sommige landen een milieukwaliteitsdoelstelling) wordt geacht 55 dBA te bedragen. Het geluidsniveau dat overeenkomt met een rustige dag op het platteland is 40 dBA. Om de 40 dBA isofoon te bereiken, weg van bijvoorbeeld een snelweg, moet je tussen de 1 en 3 km reizen.